Vrienden worden met de arbeiders door te delen ... - dr. Sun Myung Moon autobiografie

Ga naar de inhoud

Hoofdmenu:

Snelle navigatie > H2: Mijn hart is als een rivier van tranen
 

- Hoofdstuk 2 - Mijn hart is als een rivier van tranen -



2-6

Vrienden worden met de arbeiders door te delen in hun misère


Net als in Seoel, vond ik het ook in Tokio belangrijk om de stad te leren kennen, door haar verste uithoeken op te zoeken. Wanneer mijn vrienden bij voorbeeld naar de stad Nikko gingen om daar van het mooie uitzicht te genieten, bleef ik liever in Tokio achter om de stad al lopend, wijk voor wijk, te leren kennen. Ik ontdekte dat het een stad was die, hoewel van buitenaf aantrekkelijk, doortrokken was van armoede. Opnieuw schonk ik al het geld dat ik van thuis meekreeg aan arme mensen.

In die tijd had ook in Japan iedereen honger. Onder de Koreaanse studenten waren de financiële problemen talrijk. Telkens wanneer ik mijn maandrantsoen aan maaltijdbonnen kreeg, gaf ik die weg. Ik gaf ze aan studenten die zich geen bonnen konden veroorloven en zei: “Eet! Eet alles wat je maar wilt”. Over geld verdienen maakte ik me geen zorgen. Ik kon overal aan de slag, en werkte als dagloner voor mijn levensonderhoud. Ik verdiende graag geld, en gebruikte het om het collegegeld van arme studenten te betalen. Anderen helpen en anderen te eten geven gaf me veel energie.

Nadat ik al mijn geld had weggegeven, werkte ik als bezorger met een fiets en een aanhangwagentje. Op een dag vervoerde ik in Ginza, bekend om zijn schitterende lichten, een telefoonmast op mijn wagentje. Midden op het kruispunt kantelde mijn karretje echter, en de omstanders renden voor hun leven. Door zulke ervaringen ken ik het stratenplan van Tokio nog altijd als mijn broekzak.

Ik was arbeider onder de arbeiders en ik was hun vriend. Net als de naar zweet ruikende arbeiders ging ik naar de fabriek, en werkte zo hard dat de zweetdruppels over mijn lijf liepen. De arbeiders waren mijn broeders en ik vond de vreselijke lucht niet erg. Ik deelde dekens met hen die zo smerig waren, dat zwarte luizen er in colonne overheen liepen. Ik aarzelde niet om hun vieze handen vast te pakken. Hun zweet vermengd met vuil had de onweerstaanbare warmte van innige kameraadschap. Het was de warme genegenheid van deze mannen die me aantrok.

De meeste tijd werkte ik als arbeider in de staalfabriek en scheepswerf van Kawasaki. Op de werf lagen binnenschepen die voor het vervoer van steenkool werden gebruikt. We vormden teams van drie man en werkten tot één uur ‘s nachts om een schip met honderdtwintig ton kolen te vullen. Wij Koreanen verzetten in één nacht evenveel werk als de Japanners in drie dagen.

Er waren op sommige werkplekken lieden die het zware werk van de  arbeiders uitbuitten. Dikwijls waren dat de voormannen, die de dagelijkse leiding hadden over de werklieden. Zij namen dertig procent van het geld dat de arbeiders onder hun leiding verdienden, en staken het in eigen zak. De mannen stonden machteloos en konden er niets tegen ondernemen. De voormannen buitten de zwakke arbeiders uit, maar probeerden bij de sterken in de gunst te komen. Ik werd zo kwaad op een voorman, dat ik uiteindelijk met twee maats op hem afging, en hem dringend verzocht de werkers hun volledige loon uit te betalen.

“Als je iemand laat werken, betaal hem dan precies datgene waar hij recht op heeft”, zei ik tegen hem. Hij weigerde. Maar de volgende dag en de dagen daarna gingen we opnieuw naar hem toe. Wij waren vastbesloten om net zo lang druk uit te oefenen tot hij zou toegeven. Uiteindelijk gaf ik hem een trap, zodat hij omviel. Ik ben gewoonlijk een rustig en inschikkelijk iemand, maar als ik kwaad word, komt het koppige karakter van mijn jeugd weer naar boven.

In de Kawasaki staalfabriek stonden grote tonnen zwavelzuur. De werkers moesten erin kruipen om ze schoon te maken, en lieten de grondstof eruit lopen. De walmen van het zwavelzuur waren extreem giftig, waardoor men het niet langer dan vijftien minuten in de tonnen kon uithouden. Zelfs in zulke trieste werkomstandigheden riskeerden arbeiders hun leven om te kunnen eten. Zo kostbaar was voedsel.

Ik had altijd honger. Ik zorgde er echter voor, dat ik nooit alleen voor mijzelf at. Ik voelde dat er een speciale reden moest zijn om te eten, en dus stelde ik mezelf bij iedere maaltijd de vraag of ik wel een goede reden had om hongerig te zijn: “Heb ik hard genoeg gewerkt? Heb ik voor mijzelf gewerkt of voor een hoger doel?” Ik keek naar een kom rijst en zei: “Ik eet van je zodat ik werk kan doen dat meer verheven is en beter het algemeen belang dient dan gisteren het geval was”. Dan antwoordde de rijst me met een goedkeurende glimlach. Eten was in zulke situaties een mystieke en vreugdevolle ervaring. Voelde ik me niet gekwalificeerd om dit te zeggen, dan sloeg ik de maaltijd over, of ik honger had of niet. Daardoor kwam het geregeld voor dat ik zelfs geen twee keer at op een dag.

Ik beperkte me niet tot twee maaltijden per dag omdat ik weinig eetlust had! Integendeel: wanneer ik eenmaal at, kon ik een onbeperkte hoeveelheid voedsel naar binnen werken. Het is voorgekomen dat ik wel elf grote kommen noedels in één keer at. Ik herinner me ook de dag dat ik zeven borden kip met rijst en gebakken ei verslond. Maar ondanks mijn eetlust had ik vóór mijn dertigste de gewoonte om geen lunch te eten, en mijzelf te beperken tot twee maaltijden per dag.

Het hongergevoel is een soort heimwee. Ik vond echter dat het overslaan van een maaltijd het minste was dat ik voor de wereld kon doen. Ook gunde ik mezelf nooit nieuwe kleren, en ongeacht de barre winterse kou verwarmde ik mijn kamer nooit. Wanneer het extreem koud was gebruikte ik een krant bij wijze van deken; dit gaf mij dezelfde warmte als een zijden dekbed. Ik ken dus de waarde van een stuk krantenpapier erg goed.

Soms woonde ik een tijdje in een wijk van Shinagawa, te midden van arme mensen. Ik sliep zij aan zij met hen, en gebruikte vodden als dekens. Op warme, zonnige dagen haalde ik de luizen uit hun haar en at samen met hen rijst. Er waren veel prostituees in de straten van Shinagawa. Ik luisterde naar hun verhalen en werd hun beste vriend, zonder ooit een druppel alcohol te drinken. Sommige mensen menen dat zij dronken moeten zijn om hun hart te luchten, maar dat is een uitvlucht. Toen die vrouwen zich realiseerden dat ik oprecht met hen meeleefde, openden zij hun hart, en spraken over hun problemen zonder een druppel alcohol.

Tijdens mijn studie in Japan had ik de meest uiteenlopende baantjes. Ik was portier in een kantoorgebouw; ik schreef brieven voor analfabeten; ik werkte op meerdere bouwlocaties en was ook ploegbaas. Wanneer ik snel geld nodig had, maakte ik kalligrafieën en verkocht ze. Nooit raakte ik in mijn studie achterop. Ik ging ervan uit dat al deze dingen onderdeel van mijn training waren. Ik deed allerlei soorten werk, en ontmoette veel verschillende typen mensen. Hierdoor kwam ik veel over mensen te weten. Door al deze ervaringen kan ik me snel een duidelijk beeld vormen over wat iemand doet voor zijn levensonderhoud. Ook weet ik in een flits of hij of zij een integer mens is. Uitvoerig wikken en wegen hoef ik niet, want mijn lichaam geeft me alle informatie al door.

Ik geloof ook nu nog, dat men vóór zijn dertigste door allerlei soorten moeilijkheden moet gaan om een goed karakter te ontwikkelen. Een mens zou tot de bodem van zijn bestaan moeten gaan en daar de vuurproef van radeloosheid moeten doorstaan, om te ervaren hoe dat is.
Midden in de hel moet hij nieuwe mogelijkheden ontdekken. Alleen wanneer we ons vanuit diepe radeloosheid omhoog vechten en nieuwe voornemens maken, kunnen we als persoon opnieuw geboren worden en aan een nieuwe toekomst bouwen.

We moeten niet slechts in één richting kijken. We moeten zowel naar diegenen kijken die zich in een hogere positie bevinden, als naar diegenen in een lagere positie. We moeten oog hebben voor het noorden, het zuiden, het westen en het oosten. Of we in ons leven succesvol zijn, hangt af van hoe goed we kijken met het oog van onze ziel. Om hiermee goed te kunnen zien, hebben we veel verschillende ervaringen nodig, die we ook moeten onthouden. Zelfs in de moeilijkste omstandigheden moeten we onze kalmte bewaren, anderen een warm hart tonen, voor onszelf kunnen zorgen, en ons aanpassen aan iedere situatie.

Een mens met een goed karakter moet in staat zijn om eerst op te klimmen naar een hoge positie, om daarna snel af te dalen naar een lage positie. De meeste mensen zijn bang om een hoge positie te verliezen, en doen alles om deze te behouden. Maar wanneer water niet stroomt wordt het troebel. Iemand die opklimt naar een hoge positie, moet in staat zijn een stap terug te doen, en te wachten totdat een volgende gelegenheid zich aandient. Wanneer die kans komt, dan kan hij zelfs op een nòg hogere positie uitkomen. Dit type mens kan naar een grootsheid opstijgen waarom velen hem zullen bewonderen. Zo iemand is een groot leider. Dit zijn ervaringen die iemand eigenlijk vóór zijn dertigste moet opdoen.

Ik vertel jonge mensen vandaag dat ze een breed scala aan ervaringen nodig hebben. Alles in de wereld dienen zij direct of indirect mee te maken, alsof zij bezig waren een encyclopedie te verslinden. Slechts dan kunnen zij hun eigen identiteit vormgeven. Iemands identiteit is zijn duidelijke subjectieve aard. Zodra iemand het zelfvertrouwen heeft om te zeggen: ‘Ik kan het hele land rondreizen, zonder iemand tegen te komen die me kan verslaan’, is hij tegen elke taak opgewassen en kan hij die met succes volbrengen. Iemand die zo leeft zal ongetwijfeld succes oogsten. Tot deze conclusie kwam ik, terwijl ik als bedelaar in Tokio leefde.

Ik at en sliep met de arbeiders in Tokio, leed honger met de bedelaars en was volkomen vertrouwd met de ruige en harde kanten van het leven. Zo behaalde ik mijn doctoraat in de filosofie van ontbering en ellende. Toen pas was ik in staat om Gods wil voor de redding van de mensheid te begrijpen. Het is essentieel om vóór je dertigste een ‘koning van lijden en gebrek’ te worden. De weg naar de glorie van het Hemels koninkrijk kan alleen hij of zij vinden, die bereid is deze weg van ‘koning van het lijden’ te gaan.



START | TERUG | VOLGENDE

.

 
 
Terug naar de inhoud | Terug naar het hoofdmenu